Stephanie Rap: 'Kinderen en jongeren kunnen zélf keuzes maken in hun asielprocedure'

Stephanie Rap onderzoekt als pedagoog en criminoloog de rol van kinderen in juridische besluitvorming. Ze heeft net een onderzoek afgerond waaruit blijkt dat de asielprocedure in Nederland niet goed ingericht is op het horen van kinderen en jongeren. Toen ze in 2016 haar onderzoeksvoorstel schreef, zaten we nog midden in een vluchtelingencrisis. Nu is het onderwerp door de huidige opvangcrisis opnieuw actueel: ‘De onzekerheden en obstakels waar jongeren in de asielprocedure mee te maken hebben, zie ik ook naar voren komen in Ter Apel.’

Stefanie Rap presenteert
Stephanie Rap

‘In het Kinderrechtenverdrag staat dat kinderen en jongeren het recht hebben om gehoord te worden en hun mening moeten kunnen geven over alle belangrijke beslissingen in hun leven. Ik wilde weten: kunnen zij dat recht uitoefenen? Daarvoor heb ik interviews gehouden met volwassenen die werkzaam zijn in de asielketen, zoals medewerkers van de IND, Vluchtelingenwerk, advocaten en de Jeugdbescherming, maar ook met jongeren zelf.’

Het is belangrijk om te blijven luisteren naar kinderen en jongeren in de asielprocedure

‘Het is belangrijk om meer en beter informatie te geven aan kinderen en jongeren, die beter aansluit bij hun leeftijd en begrip. En er moeten ook genoeg professionals zijn die hun daarin met aandacht kunnen begeleiden, dat is nu vaak nog niet zo. Daarnaast is het belangrijk om te blijven luisteren naar kinderen en jongeren, zodat ze ook zelf keuzes kunnen maken. Nu weten jongeren in de procedure vaak niet dat ze ergens om kunnen vragen, of weten ze niet waarom de procedure gaat zoals het gaat. Door hen beter te betrekken, zou de asielprocedure minder stressvol kunnen zijn voor hen.’

Wetenschappelijk onderzoek is onmisbaar om inzicht te krijgen in de praktische waarde van politiek beleid, legt Rap uit: ‘Het ondertekenen van verdragen als het VN-Kinderrechtenverdrag door de politiek, moet niet ophouden bij de belofte dat we ons eraan gaan houden. Het is belangrijk dat we onderzoeken in hoeverre juridische verdragen ook waarde hebben voor mensen in de praktijk. Zijn die rechten ook echt uit te oefenen? Daar kan de wetenschap een belangrijke rol in spelen.’