Prof.dr. Corien Prins

Corien Prins (1961) is een groot pleitbezorger van kennis in beleid, maar weet ook als geen ander hoe moeilijk dit in de praktijk te brengen is. Het is haar missie om wetenschappers beter te laten inzien hoe beleidsvorming werkt. Dat doet ze als hoogleraar Recht en Informatisering aan de Universiteit van Tilburg en als voorzitter van de WRR, de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Als lichtend voorbeeld bestookt zij zelf beleidsmakers met kennis uit haar vakgebied, namelijk de rechten van burgers in een tijd van toenemende digitalisering.

Prof.dr. Corien Prins
Prof.dr. Corien Prins (Fotografie: Studio Oostrum)

Opgeleid in zowel Slavische taal- en letterkunde als in Rechtsgeleerdheid aan de Universiteit Leiden gaat de liefde van Prins al snel uit naar het recht, maar dan wel in combinatie met technologie. Zij is toonaangevend in de tweede generatie recht- en technologiewetenschappers (nadat een aantal pioniers in de jaren ’70 en ’80 van de vorige eeuw hiermee een start maakten) die het vakgebied officieel hebben gedefinieerd en tot een gangbare discipline binnen het juridische domein hebben gemaakt. Al vroeg in haar loopbaan doet Prins onderzoek naar de ethische, juridische en maatschappelijke aspecten van een door technologie gedreven samenleving.

Het onderzoek van Prins levert door de jaren heen meerdere toonaangevende rapporten op, zoals een van de meest geciteerde en invloedrijke rapporten over het effect van ICT op de werking van de overheid en beleidsvorming (‘iOverheid / iGovernment’). Het dient als leidraad in het Nederlandse recht, beleid en bestuur voor het vormgeven van een informatiegestuurde en informatieafhankelijke overheid. Ook in het KNAW-rapport over big data vindt de stem van Prins gehoor. Big data stellen nieuwe eisen aan wetenschappelijk onderzoekers, die hun vraagstelling, methoden en technieken opnieuw moeten bezien. Ze zullen veel meer in teams moeten gaan samenwerken: met dataspecialisten, ethische experts en met juristen. In het tienjarige Zwaartekracht-project waar Prins nu aan werkt (‘De algoritmische samenleving’), wordt onderzocht hoe onder andere publieke waarden en mensenrechten blijvend gewaarborgd kunnen worden in een samenleving die in toenemende mate gedomineerd wordt door artificiële intelligentie. Het onderzoeksprogramma is baanbrekend vanwege de interdisciplinaire benadering en geïntegreerde visie op de relatie tussen technologie en samenleving – maar voor Prins is dat vanzelfsprekend.

Prins staat hoog aangeschreven voor twee belangrijke prestaties; ten eerste voor de ontwikkeling van het aanvankelijk embryonale gebied van recht en (informatie)technologie, zowel nationaal als internationaal. Dit heeft kennis en inzichten opgeleverd die de weg naar beleidsmakers weten te vinden. En dat is haar tweede grote verdienste: het helpen van zowel de juridische gemeenschap als beleidsmakers om de kloof tussen wetenschap en beleid te overbruggen. Zij pleit niet alleen consequent voor de relevantie van onderzoek voor beleid en samenleving, maar identificeerde ook de bijkomende en zeer specifieke uitdagingen, waarmee onderzoekers worden geconfronteerd bij het "vertalen" van onderzoek naar beleid. Je zou kunnen zeggen dat zij een beweging ontwikkelde die erkent dat het overbruggen van de kenniskloof tussen wetenschap en beleidsvorming een expertise op zich is.

De selectiecommissie voor de Stevinpremie beschrijft Prins als een geboren ‘verbindingsofficier’ tussen academisch onderzoek en overheidsbeleid. Als huidig voorzitter van de WRR bevindt zij zich in een unieke positie om niet alleen een brug te slaan tussen de werelden van de academie en het beleid, maar ook te faciliteren dat de wetenschap daadwerkelijk aanwezig is in het hart van het beleidsvormingsproces. Prins kennende, wordt verwacht dat zij de komende jaren een nieuwe generatie professionals en wetenschappers blijft activeren voor dit ‘science-for-policy ecosystem’.

1961                      geboren in Gorinchem

1984                      behaalt het kandidaatsexamen Slavische Taal- en Letterkunde aan de Rijksuniversiteit Leiden

1986                      behaalt de master / het doctoraalexamen Rechtsgeleerdheid (ook in Leiden) en wordt universitair docent in Leiden

1991                      promoveert op het proefschrift Computer program protection in the USSR: a new era for socialist copyright law (Universiteit Leiden)

1993                      is visiting professor aan Hastings Law School, University of California (San Francisco)

1994                      aangesteld als hoogleraar Recht en Informatisering aan de Tilburg Law School van de Tilburg University

1994                      oprichter en directeur van het Tilburg Institute for Law, Technology, and Society (TILT)

2008                      raadslid Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR)

2009                      verkozen tot lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW)

2013                      benoemd tot decaan aan de Tilburg Law School van de Tilburg University

2017                      benoemd tot voorzitter van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid

2018                      benoemd tot voorzitter van de Raad van Toezicht van de Erasmus Universiteit Rotterdam

2018                      lid selectieadviescommissie parket Hoge Raad (de commissie die adviseert over de werving en selectie van advocaten-generaal)

2019                      wordt voorzitter van de commissie sectorplannen SSH (Social Science and Humanities).