Tegenlicht

Zonnestralingsbeheer lijkt steeds meer geaccepteerd te worden als een reële optie om klimaatverandering tegen te gaan. Een groep wetenschappers verzet zich daartegen, een andere groep zegt dat we er niet omheen kunnen. Onderzoek legt vier stellingen voor aan tegenstander Frank Biermann en aan Behnam Taebi, die de opties open wil houden.

Tegenlicht vanuit de ruimte gezien

Tekst: Amanda Verdonk, Beeld: Great Barrier Reef Foundation

Tijdens de twaalf dagen durende eruptie van de Mount Pinatubo in de Filipijnen in 1991, kwam er 17 megaton aan zwaveldioxide in de atmosfeer. De deeltjes verspreidden zich over de gehele aarde, weerkaatsten het zonlicht en zorgden maar liefst twee jaar lang voor een wereldwijde temperatuurdaling van een halve graad. Dat intrigeerde wetenschappers: blijkbaar is het mogelijk om met de injectie van deeltjes een temperatuurdaling op te wekken. Dat zou wellicht van pas kunnen komen om de opwarming van de aarde af te remmen.

Zonnestraling inperken

Deeltjesinjectie is de meest beruchte en verregaande vorm van zonnestralingsbeheer ofwel solar geo-engineering. Maar er zijn er meer, zoals het witter maken van wolken. Ook CO2 afvangen en opslaan wordt soms als geo-engineering gezien, maar is lang niet zo controversieel als methoden die de zoninstraling willen beperken. Dat merkten ook onderzoekers van Harvard University, die vorig jaar in Zweden een ballon vol deeltjes wilden oplaten, maar na veel protest het experiment moesten staken. Tegenstanders wijzen op de risico’s: het is onduidelijk wat de effecten van zo’n injectie precies zijn. Wellicht creëer je daarmee onvoorziene problemen elders. Het Harvard-experiment én een aantal recente publicaties van voorstanders van de techniek waren redenen voor een groep wetenschappers om een oproep te doen voor een international non-use agreement, een petitie die overheden oproept om onderzoek naar technologieën voor zonnestralingsbeheer niet meer te financieren. Frank Biermann, hoogleraar global sustainability governance aan de Universiteit Utrecht, plaatste samen met vijftien collega’s in januari een oproep in WIREs Climate Change en lanceerde een petitiewebsite. Inmiddels hebben meer dan driehonderdvijftig wetenschappers en enkele milieuorganisaties de petitie ondertekend.

Uitstelgedrag

Volgens de initiatiefnemers zijn de technologieën ‘speculatief’ en dreigt er ‘normalisatie’ van de techniek als klimaatbeleidsoptie. Dit geldt met name in de Verenigde Staten, waar Harvard University een grote vakgroep op dit gebied heeft en waar ook de National Academy of Sciences en het tijdschrift Nature zich hebben uitgesproken als voorstander. Zonnestralingsbeheer is veel te riskant, zeggen de kritische wetenschappers. Het leidt bovendien tot uitstelgedrag ten aanzien van andere noodzakelijke klimaatmaatmaatregelen. Daarnaast speelt geopolitiek een rol. Arme landen zouden weleens de dupe kunnen worden van de experimenteerdrift van rijke landen, want zij zijn het meest vatbaar voor droogte, overstromingen of ander onvoorzien natuurgeweld. Niet veel later liet een andere groep, waaronder hoogleraar energie- en klimaatethiek aan de TU Delft Behnam Taebi, van zich horen in een opiniestuk in de Volkskrant. Zij zeggen deze optie achter de hand te willen hebben, mochten andere klimaatmaatmaatregelen niet slagen.

Stratosferische aerosol injectie
Met 'stratosferische aerosol injectie' worden bij het Esrange Space Center in Zweden met behulp van een ballon kleine reflecterende deeltjes losgelaten in de stratosfeer die zonlicht weerkaatsen.

1: We gaan het niet redden met de huidige klimaatplannen

Taebi: ‘Het is niet onwaarschijnlijk dat we het niet gaan redden met alleen de huidige mitigatieplannen. Mogelijk komen we toch boven de anderhalve graad opwarming uit, wellicht zelfs twee of drie graden. Op lokaal niveau kan dat nog verder stijgen, met veel ellende tot gevolg. Ik vrees dat er een kantelpunt komt waarop mitigatie niet meer werkt. Dan heb je dit soort technologieën nodig.’ Biermann: ‘Het meest recente IPCC-rapport is duidelijk: het is nog mogelijk om de opwarming van de aarde te beperken, als we stevige maatregelen treffen. Zonnestralingsbeheer wordt in de samenvatting niet eens genoemd, want er is consensus dat dat niet nodig is.’ Taebi: ‘Je hebt helemaal gelijk, het kan inderdaad nog wel. Mijn punt is, wat als het niet lukt? Moeten we dan alternatieven hebben of niet?’

2: Potentieel gevaarlijk onderzoek moet worden ingeperkt

Biermann: ‘In deze tijden van klimaatcrisis hebben wetenschappers een verantwoordelijkheid, ook voor de politieke risico’s van hun onderzoeksresultaten. Als zonnestralingsbeheer eenmaal is ontwikkeld, kan iedereen het inzetten – zelfs zonder mondiale consensus. Academische vrijheid is belangrijk, maar je hebt geen recht op financiering van de overheid voor onderzoek dat een negatieve impact op de hele aarde kan hebben. Een beperking van onderzoeksgelden naar zonnestralingsbeheer zal natuurlijk pijn doen bij vakgroepen die al jaren onderzoek doen naar dit thema. Ook daarom laten zij van zich horen, want hun toekomst staat op het spel.’ Taebi: ‘Ik ben het er helemaal mee eens dat wetenschappers een maatschappelijke verantwoordelijkheid hebben. Er zijn dan ook voorbeelden van onderzoeksvelden waarbij een verbod heel begrijpelijk is, zoals killer robots, kernwapens of biologische wapens. Dat geldt niet voor zonnestralingsbeheer, omdat we dat wellicht hard nodig hebben in de toekomst.’

Ik ben blij met de discussie, want dat is onderdeel van een goede, gezonde academische cultuur

3: Zonnestralingsbeheer geeft bedrijven een excuus om langer door te gaan met fossiele brandstoffen

Biermann: ‘Overheden zetten nu grote stappen om de CO2-uitstoot omlaag te brengen, maar de voortschrijdende normalisatie van zonnestralingsbeheer als beleidsoptie kan voor vervuilende partijen de prikkel verminderen om drastische maatregelen te treffen. Veel grote bedrijven, maar ook Amerikaanse filantropische instellingen financierden eerst lobby’s voor klimaatontkenning en vertraging van het klimaatbeleid. Nu ontstaat het risico dat ze deze techniek inzetten als een nieuw middel voor beleidsvertraging.’ Taebi: ‘Uitstelgedrag is een terechte zorg, maar het blijkt nog niet in de praktijk. Landen die willen investeren in zonnestralingsbeheer, investeren namelijk niet minder in andere klimaatmaatregelen. In plaats van het onderzoek naar deze techniek volledig te verbieden, pleit ik ervoor om het aan ethische criteria te onderwerpen: is het veilig, duurzaam en rechtvaardig? Daarnaast zou je moeten eisen dat het niet ten koste moet gaan van mitigatie en adaptatie, want dat zijn dé gouden standaarden voor klimaatbeleid. Pas onderaan de prioriteitenlijst staat zonnestralingsbeheer.’

4: Universiteiten en wetenschapsfinanciers moeten zich hierover uitspreken

Biermann: ‘Ja, dat zou fantastisch zijn. Maar dat vinden ze moeilijk, er bestaan nog geen goede structuren voor. Je ziet wel dat dat verandert. Organisaties zoals NWO en de Europese Unie zouden moeten besluiten dat er geen publiek geld naar zonnestralingsbeheer gaat. Wij pleiten dan ook niet voor een volledige ban, maar alleen voor het afsnijden van grote publieke geldstromen. Geen belastinggeld naar gevaarlijke geo-engineering fantasieën.’ Taebi: ‘Ik vind dit niet alleen een gesprek voor bestuurders, maar voor ons allen. Ik ben blij met de discussie, want dat is onderdeel van een gezonde academische cultuur. Zonnestralingsbeheer, het ingrijpen in de natuur, klinkt heel eng en ik hoop ook dat we het nooit nodig zullen hebben. Maar we hebben het over het weerkaatsen van slechts een fractie van het zonlicht. Anderzijds ben ik het helemaal eens met de mogelijke risico’s. De effecten weten we niet. Maar er ontstaat een groeiend besef dat we er niet meer omheen kunnen. Daarom pleit ik juist voor meer onderzoek, zodat we het in de toekomst niet onvoorbereid moeten toepassen.’

Boot sproeit in de Austre Great Barrier Reef
Deze zeewatersproeier in het Australische Great Barrier Reef gebruikt het omliggende zeewater om honderden triljoenen microscopische kleine zoutkristallen te produceren die de reflectie van bestaande wolken versterkt.