Dwars door de domeinen heen: Antal van den Bosch

Als de wetenschap haar krachten nog meer wil bundelen op de grote maatschappelijke thema’s, wat betekent dat dan voor domeinen en vakdisciplines? Wat zijn de voordelen? Is er ook een keerzijde? En blijft er voldoende ruimte voor onderzoek dat voortkomt uit eigen ideeën en nieuwsgierigheid van wetenschappers? De domeinvoorzitters bij NWO en ZonMw schetsen het perspectief vanuit hun veld.

Antal van den Bosch

Als je binnen een vakgebied grenzen wil verleggen, kom je algauw in een ander vakgebied terecht

Antal van den Bosch (SGW)

Hoe beter je de verschillende domeinen leert kennen, hoe meer je hoort dat wetenschappers overal met dezelfde dingen worstelen, constateert SGW-voorzitter Antal van den Bosch. ‘Eigenlijk is het leven van een geesteswetenschapper niet heel anders dan dat van een bioloog of astronoom.’

‘Digitalisering is dé katalysator geweest voor de grote toename van samenwerking over de vakgebieden heen. Door het gemak waarmee je data kunt verzamelen, aggregeren, linken en analyseren met de hulp van de computer, is het veel makkelijker geworden om informatie uit te wisselen met andere vakgebieden, en met elkaar te praten. Dat is een belangrijk verschil met vroeger, toen speelde onderzoek zich meer af in één verticale kolom. Informatie migreerde niet snel.’

‘Het behoort tot de natuurlijke progressie van een vakgebied om steeds weer de grenzen te verleggen. En die grenzen liggen nu eenmaal snel in een ander vakgebied. Daardoor ontstaan dwarsverbanden en leren steeds meer wetenschappers elkaar kennen en begrijpen. Hoe meer mensen snappen hoe een ander domein in elkaar zit en hoe meer ze elkaars taal leren spreken, hoe makkelijker het wordt om samen te werken. De diversiteit in onderzoeksgroepen neemt toe en daar wordt de wetenschap alleen maar beter van. We kunnen verbanden leggen, in meerdere betekenissen, binnen en tussen vakgebieden, die we niet eerder gelegd hadden. We winnen tijd, de vooruitgang gaat sneller.’

‘Met financiering kun je dat top-down stimuleren. Al heb je als wetenschapper nog nooit van een bepaald vakgebied gehoord, als in een call staat dat je moet samenwerken met iemand uit die discipline, dan ga je dat doen.’

‘Overigens denk ik wel dat NWO een “en/en-financier” is en moet blijven: inzetten op talent en mogelijkheden bieden om de diepte in te gaan, maar ook op vooruitgang binnen de grote thema’s. Je hebt als ’t ware een dieptefront nodig dat steeds verder verticaal de grond in gaat en een toepassingsfront dat horizontaal rondkijkt en de technieken verspreidt en toepast. Met de instrumenten die we hebben, zijn we goed uitgerust om allebei die kanten te voeden: het Talentprogramma en de open competities om het fundamentele onderzoek goed te ondersteunen, en de NWA en het KIC voor die meer thematische kant. Juist die thema’s pak je vaak het beste aan in interdisciplinaire samenwerkingen en met maatschappelijke partners. Daar mag je als financier best sturend in zijn.’

‘Zolang we maar niet van wetenschappers verwachten dat ze stoppen met fundamenteel onderzoek en hun kennis alleen nog gaan toepassen. Dan houdt de wetenschap op, ben je alleen nog bezig met trucjes, met het toepassen van technieken waarvan je niet één keer of tien keer, maar honderd keer hebt gezien dat die werken. Je kunt geen artikel meer schrijven, want elk tijdschrift zal zeggen: “ja, dat wisten we al, dit is niet nieuw”. Neem AI maar als voorbeeld. Als je als informaticus of AI-onderzoeker meedoet bij het beantwoorden van onderzoeksvragen uit andere vakgebieden, help je je eigen vakgebied vaak niet verder. En als iedereen dat doet, wordt AI een stilstaande doos met legosteentjes waar iedereen uit put. De AI-wetenschap zelf komt niet meer vooruit en uiteindelijk raakt die bak met legosteentjes leeg.’

Antal van den Bosch is faculteitshoogleraar geesteswetenschappen aan de Universiteit Utrecht en trad dit jaar aan als voorzitter van NWO-domein Sociale en Geesteswetenschappen (SGW)

 

Tekst: Joop Daggers en Belinda van der Gaag